Aphrodite Wounded by Diomedes
Jean Auguste-Dominique Ingres
Jean Auguste-Dominique Ingres
Aphrodite
vertelt:
“Wij goden houden ons ook met de strijd bezig.
Af en toe moeten we gewoon ingrijpen.
Hera en Athena stonden de Grieken bij.
Vooral Athena hield zich niet afzijdig. Zij bevond zich op een gegeven ogenblik
naast Diomedes om hem aan te sporen en hem kracht te geven. Zij was het ook die
hem mijn zoon liet verwonden.
Hij zou zeker door hen om het leven zijn
gekomen als ik hem niet bijtijds had kunnen beschermen.
Ik dacht hem in mijn
armen te kunnen meenemen om zijn verwondingen te laten verzorgen.
Maar die
hufter van een Diomedes wierp samen met Athena zijn speer naar mij.
Hij
verwondde me bij mijn pols. Het bloed spoot eruit.
Gelukkig was Apollo snel
genoeg bij me om mijn zoon over te nemen, anders was hij zeer zeker gevallen.
Hij ontfermde zich over mijn arme gewonde kind.
Diomedes stond nog overmoedig
naar me te schreeuwen:
< Dochter van Zeus, ga weg uit de strijd en de bloedige
slachting.
Weerloze vrouwen verleiden, is dat u niet meer voldoende?
Als u
nog vaker ten oorlog zou trekken, zult u, zo vrees ik,
rillen van ’t
oorlogsgeweld, al hoort u het maar uit de verte.>
Gelukkig was Ares
ook in de buurt. Ik mocht van hem zijn wagen lenen om naar de Olympos terug te
gaan. Iris was zo vriendelijk de paarden te mennen.
Aldaar aangekomen zag ik
mijn moeder Dione. Haar vertelde ik wat me door die Diomedes en Athena aangedaan
was.
Ze zei me:
< Houd het
maar uit, lief kind, en verman je, al lijd je eronder.
Want de Olympische
goden hebben omwille van mensen
vaak te lijden gehad en brengen elkander veel
leed toe. >
Natuurlijk konden
Hera en Athena het niet laten me te bespotten.
Treiterend riepen ze tegen
Zeus: “Ze heeft vast haar hand verwond aan een doekspeld van een Griekse vrouw
die ze met een van de Trojanen had laten meegaan.” De krengen!
Zeus riep me
daarna bij zich en zei:
<
Daden van oorlog te plegen, kindje, is jou niet gegeven.
Nee, houd jij je
maar bij de verruklijke daad van de liefde.
Vechten en zo
zal de stormende Ares wel doen en Athene.>
Inmiddels werd
mijn arme gewonde kind door Apollo beschermd tegen de razernij van Diomedes, die
hem verscheidene malen alsnog probeerde aan te vallen. Hij bracht vervolgens
mijn zoon naar Pergamos waar zijn wonden werden verzorgd door zijn moeder Leto
en zijn tweelingzuster Artemis.”
Geen opmerkingen:
Een reactie posten