Odysseus was aan het veranderen. Hij werd
zachter en mooier en … liever.
Ik vond hem steeds liever worden. Ik ging van
hem houden. Steeds meer van hem houden. Veel meer van hem houden. Oneindig veel
van hem houden.
Ik gaf hem mijn liefde. Mijn oneindige
liefde. Mijn onsterfelijke liefde.
Nog nooit heb ik van iemand gehouden, zoals
ik van hem houd.
Ik wil hem nooit meer kwijt.
Ik zal hem onsterfelijk maken, eeuwige jeugd
geven, zodat hij altijd bij me kan blijven. Niemand zal hem ooit nog van me
afnemen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten