Poseidon
vertelt:
“Hypnos kwam naar
me toe. Hij zei dat Zeus inmiddels lag te slapen.
Ik greep mijn kans en mijn zwaard. Een zwaard dat op een bliksem lijkt, heel angstaanjagend.
Vanaf dat moment voerde ik de Grieken aan.
Het eerste wat moest gebeuren was Hektor uitschakelen. Uitgedaagd door Ajas, wierp hij een speer. Mis natuurlijk. Daar zorgde ik wel voor. Toen hij daarna dekking zocht, werd hij geraakt door een grote steen, geworpen door de grote Ajas. Daar lag hij in ’t stof.
Onmiddellijk probeerden de Achaeërs zich op hem te storten. Dat werd voorkomen door enkele Trojanen die om hem heen gingen staan. Ze slaagden er jammerlijk genoeg in hem af te voeren naar de stad.
Toen de Grieken bemerkten dat Hektor het strijdperk had verlaten, vielen ze nog heviger de vijand aan.
Er volgde een bloedige strijd die de Trojanen verder terugdreef, weg van de schepen.”
Ik greep mijn kans en mijn zwaard. Een zwaard dat op een bliksem lijkt, heel angstaanjagend.
Vanaf dat moment voerde ik de Grieken aan.
Het eerste wat moest gebeuren was Hektor uitschakelen. Uitgedaagd door Ajas, wierp hij een speer. Mis natuurlijk. Daar zorgde ik wel voor. Toen hij daarna dekking zocht, werd hij geraakt door een grote steen, geworpen door de grote Ajas. Daar lag hij in ’t stof.
Onmiddellijk probeerden de Achaeërs zich op hem te storten. Dat werd voorkomen door enkele Trojanen die om hem heen gingen staan. Ze slaagden er jammerlijk genoeg in hem af te voeren naar de stad.
Toen de Grieken bemerkten dat Hektor het strijdperk had verlaten, vielen ze nog heviger de vijand aan.
Er volgde een bloedige strijd die de Trojanen verder terugdreef, weg van de schepen.”
"Overigens
ben ik van mening dat de wal verwoest moet worden."
Geen opmerkingen:
Een reactie posten