Met geschenken
overladen vertrokken we naar de schepen. Met tranen in haar ogen nam Andromache
afscheid van Ascanios. Ze herkende zoveel van haar eigen zoontje Astyanax in
hem. Als hij nog had geleefd had hij dezelfde leeftijd gehad. Wat een groot
verdriet voor een moeder, haar zoon voor haar ogen van de stadswal gesmeten
door die wrede Neoptolemos. Zij moet niet alleen haar man missen, maar ook haar
zoon. Dubbel verdriet. Dan mag ik de goden wel danken dat mijn zoon nog wel in
leven is gebleven. Maar mijn zoon moet nog wel alle gevaren op zee en in
vreemde streken doorstaan voordat hij een veilig thuis heeft. Hem wacht nog
veel onzekerheid.
Nadat de schepen
zeilkaar waren gemaakt, voeren wij weg van de vijandige streken naar een plaats
waar de oversteek naar Italia het kortst is. Toen wij de kust zagen, begonnen
we allemaal te juichen. We gingen aan land in een haven waar vlakbij een tempel
van de godin Athena stond en brachten haar en ook de godin Hera een offer.
Hier nam mijn
vader Anchises een voorteken waar: vier witte paarden in een wei. Dat zou
oorlog betekenen; paarden worden gebruikt bij oorlogvoering. Maar ze worden ook
gebruikt voor het bewerken van de velden. Er was dus ook hoop op vrede.
We trokken verder
langs de baai van Tarente naar het zuiden en koersten af op Sikelia. Van verre
konden we de monsterlijk hoge Aetna al zien. Vanaf daar werd de zee ruwer. Het
gebulder der golven werd heviger en de zee spatte steeds hoger op. We naderden
Skylla en Charybdis. Uit alle macht roeiden we om deze gevaren te ontwijken. De
golven tilden ons hoog op om ons daarna neer te smijten in de diepte. Verscheidene
keren vreesde ik dat we het niet zouden redden, maar gelukkig konden we die na
enige tijd achter ons laten.
Dodelijk vermoeid
na deze inspanningen werden we door de wind meegevoerd naar de kust der
Cyclopen. Daar waar de ovens van de Aetna stenen naar beneden braken en rook de
lucht in blazen. Er wordt verteld dat er een monster, Typhoon genaamd, onder
ligt. Die had een conflict met Zeus en die laatste heeft als straf de berg
Aetna op hem geplaatst zodat hij niet meer kan ontsnappen. Telkens wanneer hij
zijn vermoeide lijf omdraait, wordt de hemel verduisterd door dikke roetwolken
en wordt Sikelia heen en weer geschud.
Blijkbaar was hij
niet zo lang geleden op een andere zij gaan liggen, want er hingen donkere
wolken aan de hemel. Die nacht was er geen ster te bekennen. Zelfs geen maan.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten